De Gereformeerde Kerk-bode in Zuid Afrika, Teil 2

Cover
 

Ausgewählte Seiten

Inhalt

Häufige Begriffe und Wortgruppen

Beliebte Passagen

Seite 37 - Onze Vader, die in de hemelen zijt! Uw naam worde geheiligd. ' Uw koninkrijk kome, Uw wil geschiede, gelijk in den hemel, alzoo ook op de aarde. Geef ons heden ons dagelijksch brood. En vergeef ons onze schulden, gelijk ook wij vergeven onzen schuldenaren. En leid ons niet in verzoeking, maar verlos ons van den booze.
Seite 159 - Bidt, en u zal gegeven worden ; zoekt, en gij zult vinden ; klopt, en u zal opengedaan worden.
Seite 191 - Ik heb den goeden strijd gestreden, ik heb den loop geëindigd, ik heb het geloof behouden.
Seite 222 - Heere , Heere ! hebben wij niet in uwen naam geprofeteerd, en in uwen naam duivelen uitgeworpen, en in uwen naam vele krachten gedaan? 23 En dan zal ik hun openlijk aanzeggen: Ik heb u nooit gekend; gaat weg van mij, gij die de ongerechtigheid werkt.
Seite 125 - En wat ziet gij den splinter, die in het oog uws broeders is, maar den balk, die in uw oog is, merkt gij niet...
Seite 329 - Wie mij belijden zal voor de menschen, dien zal ik ook belijden voor mijnen Vader, die in de hemelen is," dus sprak de Christus, de Zoon des levenden Gods.
Seite 73 - En hij kwam door den Geest in den tempel. En als de ouders het kindeken Jezus inbragten, om naar de gewoonte der wet met hem te doen ; 28 Zoo nam hij het zelf in zijne armen, en loofde God, en zeide : 29 Nu laat gij, Heere ! uwen dienstknecht gaan in vrede, naar uw woord ; 30 Want mijne oogen hebben uwe zaligheid gezien...
Seite 23 - Maar gij, wanneer gij bidt, gaat in uwe binnenkamer, en uwe deur gesloten hebbende, bidt uwen Vader die in het verborgen is; en uw Vader, die in het verborgen ziet, zal het u in het openbaar vergelden.
Seite 111 - Zijt niet bezorgd voor uw leven, wat gij eten en wat gij drinken zult; noch voor uw lichaam, waarmede gij U kleeden zult; is het leven niet meer dan het voedsel, en het lichaam dan de kleeding?
Seite 39 - En vergeef ons onze schulden, gelijk ook wij vergeven onzen schuldenaren. 13 En leid ons niet in verzoeking, maar verlos ons van den booze. , Want uw is het koningrijk, en de kracht, en de heerlijkheid, in de eeuwigheid.

Bibliografische Informationen