 | 1905 - 428 Seiten
...gesloten waren, en stond in het midden, en zeide: Vrede zij ulieden. 27 Daarna zeide hij tot Thomas : Breng uwen vinger hier , en zie mijne handen, en breng uwe hand en steek ze in mijne zijde, en wees niet ongeloovig maar geloovig. 28 En Thomas antwoordde en zeide tot hem : Mijn Heere en mijn God!... | |
 | J. P. H. de Man - 1908 - 206 Seiten
...en zeggen, als dat ten minste het eenige beletsel is voor hun volharden in de zonde. Joh. 20 : 27 : "Breng uwen vinger hier en zie Mijne handen, en breng...Mijne zijde ; en zijt niet ongeloovig maar geloovig". En dat hij dan als Thomas neervallende uitroepe: "Mijn Heere en mijn God." De bedoeling Gods (van Parabrahma)... | |
 | 1910 - 834 Seiten
...zeide: Vrede zij ulieden! 27 Daarna zeide hij tot Thomas: Breng uwen vinger hier, en zie mijne banden, en breng uwe hand, en steek ze in mijne zijde; en zijt niet ongeloovig, maar geloovig. 28 En Thomas antwoordde, en г -ide tot hem : Mijn Heer en mijn God! 29 Jezus zeide tot hem : Omdat... | |
 | 1838 - 208 Seiten
...dat Hij wist, dat zij onder elkander op den weg in woorden geweest waren, wie de meeste zijn zou. » Breng uwen vinger hier en zie mijne handen, en breng uwe hand en steek ze in mijne zijde," zoo spreekt Hij tot THOMAS. Wel was THOMAS alleen met de Discipelen , toen hij tot hen zeide : » indien... | |
| |
... zal ik geenszins gelooven. 26 En- na acht dagen waren zijne discipelen wederom binnen, en Thomas met hen ; en Jezus kwam, als de deuren gesloten waren, en stond in het midden, en zeide : Vrede zij ulieden! 27 Daarna zeide hij tot Thomas : Breng uwen... 
